In de media
Wieringer Courant (Henk Pruijsen, 30/10/2015)
“Een fantasierijk en toegankelijk stuk [Pianosonate op. 4, Wiklander] waarin alle aspecten van haar temperamentvolle pianospel; zoals krachtige aanslag, verstild spel en virtuositeit behoorlijk aan bod kwamen… Eerst een mooi dromerig stuk, Consolation no. 3, van Liszt, Helder gespeeld, direct tot het hart sprekend. Van de uiterst muzikale en gecompliceerde worsteling in het eerste deel [Schumann Phantasie op. 17], naar het bekendere en virtuoze middendeel tot het dramatische langzame laatste deel leidde de pianiste haar gehoor op indrukwekkende wijze naar het hoogtepunt van het stuk. Koude rillingen. Een topprestatie.”
Pianowereld (nummer1/2014, Frans C. Schulze)
Recensie CD EKE-01
“De sonate I.X.1905 van Leos Janacek wordt door Eke overtuigend gespeeld met de juiste kracht en expressie, die dit stuk zo bijzonder maken. Vervolgens twee Liszt werken: Vallée d’Obermann en een schitterende Consolation nr. 3 zonder bombastisch vertoon.
Maar Eke Simons bewijst haar klasse met de fantasie, opus 17 van Schumann. Natuurlijk kent dit stuk een aantal uitvoeringen die als standaard mogen gelden (o.a. Pollini, Perahia en Argerich) maar deze opname is een waardevolle bijdrage aan een lange reeks.”
Opus Klassiek (nov/2013, Maarten Brandt)
Recensie CD EKE-01
“Al meteen in Janáceks beklemmende pianowerk weet Simons hogelijk te imponeren door het betoog met een maximum aan suspense te laden zonder ook maar een moment over de scheef te gaan. De afwisseling tussen grillige wendingen en het voor dit stuk – tweede deel! – zo karakteristieke onderhuidse pianissimi zijn perfect getimed, zonder dat de zaak beredeneerd overkomt. Dat Janácek de Tsjechische evenknie is van Bartók wordt uit de diep-inkervende vertolking van Simons haarscherp duidelijk. Lees verder…
Aan dat niveau van componeren kan de in 1950 (sic!) geboren Zweedse componist Kurt Wiklander niet tippen. O ja, hij heeft de kunst van Liszt en Rachmaninov heel goed afgekeken en het zijn dan ook deze aspecten die in de verklanking van Simons worden onderstreept. Maar achter die buitenkant zit geen beklijvende binnenkant en dat valt des te meer op wanneer men de hier vastgelegde Pianosonate na Janáceks meesterwerk beluistert. Maar dat ligt niet aan Simons’ voortreffelijke spel.
Ook Liszt komt veel eigentijdser over dan Wiklander en dat geldt voor Schumann niet minder. In Vallée d’Obermann miste ik iets van de spankracht die Simons’ Janáceks-weergave zo sterk typeerde, maar in de opbouw naar het eufore slot gooit ze op weldadige wijze alle remmen los, waarna ze in de intieme en licht weemoedige derde Consolation van A tot Z ten zeerste weet te overtuigen.
Zonder meer van grootse allure is de veeleisende Fantasie op. 17 van Schumann, met in het laatste deel subtiele toespelingen op de Mondschein-Sonate en een citaat uit An die ferne Geliebte van Beethoven. Niet dat Simons mij andere grote uitvoeringen van dit werk, zoals die van Richter (EMI), Argerich (Sony, EMI en RCA) en Pollini (DG) bijvoorbeeld, kan doen vergeten. Maar de durf waarmee Simons de enorme stemmingscontrasten in dit stuk gestalte weet te geven, dwingt op z’n minst hoog respect af en maakt nog eens ten overvloede duidelijk dat we hier met een kolossaal talent hebben te maken.”
Musicalifeiten (aug/2013, Jan de Kruijff)
Recensie CD EKE-01
“Meteen de Sonate van Janáček laat ze een binnen het kader van de stijl van de componist passend eigen geluid horen en in het eerste deel brengt ze direct de typisch grillige kanten naar voren; de subtiele dynamische gradaties in het tweede deel wijzen op wat terechte bedachtzaamheid die de lyrische eenvoud ten goede komt. Van Vallée d’Obermann, een nogal individuele reisimpressie van Liszt uit Zwitserland, toont de pianiste geen hol vertoon of een teveel aan virtuoze flamboyance. Ze speelt hier zeker briljant, maar ook onderzoekend naar vooral innerlijke betekenis en slaagt daarin. Zo ook in de bekendste uit de zes Consolations, één van Liszts geliefdste miniaturen waar ze overeenkomstig de tempoaanduiding lento placido iets bijzonders maakt. Lees verder…
In de tot het laatst bewaarde lastige Fantasie van Schumann, een ware tour de force, blijkt een hoge mate aan distinctie en technische beheersing waardoor de enerzijds de autoritaire en anderzijds de diepe dichterlijke gevoelens mooi uit de verf komen. De frasering, de dynamische beheersing dragen hier bij aan een indruk van bijna onovertroffen kracht en visie. Het grootschalige werk wordt inderdaad als één hecht geheel gepresenteerd.
Wanneer een jonge pianiste zich zo duidelijk profilerend voorstelt met een geslaagd recital, mogen we hopen op een goede verdere carrière van haar.”
PlatoMania (sept/2013, Wil Zenhorst)
Recensie CD EKE-01
“Pianiste Eke Simons (1981) programmeert een prachtig romantisch recital met de weinig gehoorde Phantasie opus 17 van Robert Schumann, dat zij met veel toewijding als vanzelfsprekend speelt…. Ook in de werken van Leoš Janáček en Franz Liszt laat Simons horen hoezeer haar talent en techniek vanzelfsprekend samenkomen. Boeiend album er valt nog veel moois van Eke Simons te verwachten!”
Stentor (18/2/2013, Henk Slik)
“Eke Simons heeft veel affiniteit met Liszt
Eke Simons, een naam om te onthouden. Oogt en spreekt (in haar toelichtingen) bescheiden, getuigt van een natuurlijke muzikaliteit die zich dankzij een surplus aan techniek vrij kan ontplooien. Met de Pianosonate opus 4 van de Zweed Kurt Wiklander laat Eke horen niet voor virtuoziteit terug te deinzen. Het werk wortelt vrijwel geheel in de romantische traditie, heeft met zijn oktavenreeksen in het eerste deel veel weg van Liszt, waar Eke na de pauze veel affiniteit mee heeft. De indrukwekkende oktavenpassage’s in Vallée d’Obermann rollen solide uit haar krachtige vingers. Met Consolation no. 3 gunt ze ons een rustig, troostrijk einde. Veel indruk maakt Eke met de duistere pianosonate van Janáček met zijn dreigende a-ritmische geaccentueerde noten ..”
Bohusläningen, Zweden (26/11/2012, Paula Nyman)
”In her interpretation (Chopin Ballade no. 1 G-minor) there is a great melancholy and grief variated with passion, hopefulness and an ardour that gave a great impression on me. She is very meticulous in her expression and succeeding in the combination of great respect towards the composition and a personal performance. ”Words feels indigent” someone says towards the end of the concert and I can simply agree when it concerns to express admiration.”
Leidsch Dagblad (21/01/2011) “Een volle bak luistert geïnteresseerd naar het voortreffelijke pianospel van Eke Simons….Met gespreide handen, soepel in de polsen, sterke fraai bewegelijke vingers baant Eke Simons zich een weg door dit prachtige werk. Alle bovengenoemde technieken [ongekende virtuositeit…fikse sprongen, octaven, dubbelgrepen en akkoordenpassage’s] beheerst Simons volledig en Schumanns muzikale ideeën [Fantasie in C] weet zij over te dragen”
Artikel CD Eke Simons in de De Stentor (21-08-2013)
Recensie Pianowereld (PDF)